Temperaturen verslag – dit rapporttype is hoofdzakelijk gericht op gegevens van temperatuursensoren. Het eerste wat de gebruiker moet selecteren is het datumbereik, waarvoor dit rapport zal worden gegenereerd.
Datumbereik – Om een datum te kiezen moet de gebruiker klikken op “Kies datumbereik”, waardoor het kalenderpaneel wordt geopend. Het kalenderpaneel is identiek in alle FMS. Om een begin/einddatum te selecteren hoeft de gebruiker alleen maar op de gewenste datum te klikken en vervolgens op de tegenovergestelde datum. De geselecteerde dagen worden blauw gemarkeerd. De huidige dag wordt gemarkeerd door een klein blauw driehoekje linksboven op die dag. Als de huidige dag is geselecteerd (gemarkeerd), wordt de driehoek omgedraaid naar wit. Om een voorkeursdatum te kiezen klikt u eerst op de eind- of begindatum (er is geen voorrang bij het kiezen) en vervolgens op de tegenovergestelde (eind/begin) datum. Daarna kan de gebruiker specificeren vanaf welk uur van de begindatum tot welk uur van de einddatum de geschiedenis moet worden weergegeven. Om de wijzigingen toe te passen moet op de Solliciteer knop geklikt worden, anders worden de wijzigingen niet opgeslagen.
De minimale dateringstermijn is één dag. Om een dag te selecteren dubbelklikt u gewoon met de linkermuisknop op de gewenste dag om deze te selecteren. Daarna moet de gebruiker de objecten selecteren waarvoor dit rapport zal worden gegenereerd.
Objecten – hiermee kan de gebruiker kiezen voor welke objecten het rapport zal worden gegenereerd. De lijst zal ook groepen van objecten bevatten. De gebruiker kan een hele groep selecteren door het selectievakje voor de groep aan te vinken of op de + knop te klikken om de groep uit te vouwen en te zien welke objecten zich in de groep bevinden. Om de groep in te klappen, moet de gebruiker op de – -knop klikken. Afzonderlijke objecten kunnen uit een groep worden geselecteerd. Het is belangrijk op te merken dat, indien een object dat in meerdere groepen aanwezig is, geselecteerd wordt, het in elke groep gemarkeerd zal worden, zoals hieronder in de afbeelding te zien is. Als een hele groep is geselecteerd, zal het selectievakje blauw zijn met een wit vinkje. Als slechts een deel van de groep is geselecteerd, zal de groep een blauw vierkantje in het selectievakje hebben. (te zien in de afbeelding hieronder). De gebruiker kan ook de zoekfunctie gebruiken om snel door een grote lijst van objecten en groepen te gaan. Alle groepen kunnen worden geselecteerd/gedeselecteerd door het selectievakje naast “Selecteer alle groepen” aan te vinken. Het aantal geselecteerde objecten en het totale aantal objecten wordt in de rechterbovenhoek van de lijst weergegeven.
Nadat de objecten zijn geselecteerd, moet de gebruiker het splitsingsinterval instellen.
Splitsing interval– kan de gebruiker het tijdsinterval tussen temperatuurgegevens kiezen, wat betekent dat de temperaturen elk gekozen tijdsinterval worden getoond (bijvoorbeeld om de 30 minuten). Deze instelling kan alleen worden ingesteld op vooraf ingestelde intervallen van het systeem:
- 5 min – standaard
- 15 min
- 30 min
- 45 min
- 1 uur
- 1 uur 30 min
- 2 uur
Nadat het scheidingsinterval is geconfigureerd, moet de gebruiker parameters selecteren in de Kolomlijst. Dit rapport zal standaard deze parameters bevatten:
- Period – kan niet worden gedeselecteerd; toont de tijdsperiode waarvoor de temperatuurgegevens worden weergegeven
- Temperature average – toont de gemiddelde waarde van de temperatuursensor
- Temperature max – toont de maximumwaarde die door de temperatuursensor is geregistreerd
- Temperature min – toont de minimaal door de temperatuursensor geregistreerde waarde
Alle aangepaste ingangen die zijn geconfigureerd om temperatuur weer te geven, zullen ook standaard worden toegevoegd aan het temperatuurrapport. Een temperatuursensorparameter is vereist om temperatuurgegevens weer te geven. Elke ingang heeft 3 parameters: de gemiddelde waarde, de maximumwaarde en de minimumwaarde:
- Aangepaste ingang X (begint bij 1) gemiddelde – ingang X gemiddelde geregistreerde temperatuur
- Aangepaste ingang X (begint bij 1) max – ingang X maximaal geregistreerde temperatuur
- Aangepaste ingang X (begint bij 1) min – ingang X minimaal geregistreerde temperatuur
- Temperatuursensor X (begint bij 0) gemiddelde – gemiddelde geregistreerde temperatuur van sensor X
- Temperatuursensor X (begint bij 0) max – maximum geregistreerde temperatuur van sensor X
- Temperatuursensor X (begint bij 0) min – minimaal geregistreerde temperatuur van sensor X
Andere parameters die niet standaard zijn opgenomen en die aanvullend kunnen worden geselecteerd:
- Driver – de bestuurder die het voertuig bestuurt
- Ending position – adres van de laatste coördinaat in de geselecteerde tijdsperiodec
- Starting position – adres van de eerste coördinaat in de geselecteerde tijdsperiode
Nadat de gebruiker de parameters in de kolomlijst heeft geselecteerd, kan hij de samenvatting van het rapport in- of uitschakelen.
Samenvatting van het verslag – standaard is ingeschakeld, zal deze optie een samenvattingsgedeelte in het rapport opnemen. Dit zal alle informatie in het rapport samenvatten.
Om het rapport af te ronden en te genereren, moet de gebruiker op de knop Genereerklikken. Om het aanmaken van een rapport te annuleren moet de gebruiker op de Annuleren knop klikken.